Performances
Sheet Music
Organ Scores
Publisher. Info.
|
Haarlem: De erven F. Bohn, 1869.
|
Copyright
|
|
Misc. Notes
|
color scans, page 21 and 22 are missing
|
Purchase
|
Javascript is required for this feature.
|
| |
Javascript is required to submit files.
General Information
Work Title
|
Koraalboek
|
Alternative. Title
|
|
Composer
|
Bastiaans, Johannes Gijsbertus
|
I-Catalogue NumberI-Cat. No.
|
IJB 1
|
Movements/SectionsMov'ts/Sec's
|
81 works:
Gezangen:
- Gezang 193. Zie Gezang 2
- Gezang 194. Lofpsalm. (Lofzang aan God.) - Van wien zijn alle dingen? - Mel. B.
- Gezang 195. Zie Gezang 11.
- Gezang 196. Overleden. (Eindl'loos houdt Gods liefde stand.) - Ja! den bangen aardschen strijd - Mel. Jesus, meine Zuversicht.
- Gezang 197. Gods beschikken. (Wat God doet is welgedaan.) - Wat God bestell', 't is alles wel - Mel. Was Gott thut, das ist wohlgethan.
- Gezang 198. Mijn God is mijn Vader. (Het lied van den goeden Herder.) - Mijn God is mijn Vader - Mel. B.
- Gezang 199. Het morgenlicht. (Ontwaak gij die slaapt.) - De morgen licht aan! Voor zijn goudglans zijn nacht - Mel. B.
- Gezang 200. Zie Gezang 196.
- Gezang 201. Tot wien? (De goede Herder.) - Wat beter Herder dan uw God - Mel. B.
- Gezang 202. Ach, wanneer? (Aan den eindpaal.) - Ach, wanneer zijt gij doorstreden - Mel. B.
- Gezang 203. Een hemelsgezind hart. (Zilig zijn de geest'lijk armen.) - Zalig wie den Heer behooren - Mel. B.
- Gezang 204. Gods goedheid. (Gemeenschap met Christus.) - Zou ik niet Uw goedheid prijzen? - Mel. B.
- Gezang 205. Des nachts. (Laat me in U blijven.) - O Eenzaamheid der stille nachten - Mel. Wer nur den lieben Gott lasst walten.
- Gezang 206. Zie Gezang 196.
- Gezang 207. Het beste deel. (Het christelijk huisgezin.) - Welzalig 't hart dat God zich koos ter woning - Mel. B.
- Gezang 208. Morgenzang. (De dag des Heeren.) - O zie, hoe 't sterrenglanzen - Mel. B.
- Gezang 209. Zie Gezang 96.
- Gezang 210. Van God bewaakt, Psalm 131 (Evangelieprediking.) - Naar de bergen zijn mijn oogen - Mel. O gesegnetes regieren
- Gezang 211. Zie Gezang 210.
- Gezang 212. Zie Gezang 2.
- Gezang 213. Zie Gezang 68.
- Gezang 214. Voor mij. (Bij de komst van een Evangeliedienaar.) - 't Is alles schoon, ja alles goed - Mel. B.
- Gezang 215. Loflied. (Bij de komst van een Evangeliedienaar.) - Komt, heft nu oog en hart naar boven - Mel. Psalm 33 en 67
- Gezang 216. Zie Gezang 93.
- Gezang 217. Zie Gezang 93.
- Gezang 218. Zie Gezang 16.
- Gezang 219. Zie Gezang 65.
- Gezang 220. Zie Gezang 210.
- Gezang 221. Zie Gezang 11.
- Gezang 222. Onze dooden. (Bij het Avondmaal.) - Neen nimmer zullen we u vergeten - Mel. B.
- Gezang 223. Zie Gezang 46.
- Gezang 224. Avondlied. (Bij eene huwelijksinzegening.) - O plechtig uur, Gij doet ons zielrust smaken! - Mel. B.
- Gezang 225. Gods orde. (Bij eene huwelijksinzegening na het gebed.) - Gij, die in 't eeuwig licht gezeten - Mel. Psalm 140
- Gezang 226. Een en dezelfde. (Bij eene huwelijksinzegening.) - Hoe lieflijk praalt gij Morgenster! - Mel. Wie schön leuchtet der Morgenstern.
- Gezang 229. Lentelied. (Kerspsalm.) - O zie, hoe alles is herboren - Mel. B.
- Gezang 230. Zie Gezang 122.
- Gezang 231. Bede in nood. (Op Jezus geboorte.) - Tusschen fel bewogen golven - Mel. Wachet auf! ruft uns die Stimme
- Gezang 232. Op moeders graf. (Het Lam Gods.) - Ach, als een bloem die snel verbloeit op 't graf - Mel. B.
- Gezang 233. Boete. (Op den goeden vrijdag.) - Naar Psalm 51 - Genâ, o God! hoor naar mijn smeekgebeden - Mel. B.
- Gezang 234. Geloof. (Jezus opstanding.) - Welzalig zijn ze die niet zien en toch gelooven! - Mel. B.
- Gezang 235. Slapen en sterven. (Op Jezus hemelvaart.) - Wanneer men zich ter ruste keert - Mel. B.
- Gezang 236. Avondrood. (Op het Pinksterfeest.) - In schittrend schoon verborgen - Mel. B.
- Gezang 237. Zie Gezang 29.
- Gezang 238. Dankgezang. (Uitbreiding der ker.) - Och of door alles wat er leven - Mel. O dass ich tausend Zungen hätte.
- Gezang 239. Lof-offer. (Bede om uitbreiding en éénheid der Kerk.) - Almachtige! wanneer ik U bewonder - Mel. B.
- Gezang 240. God is uw zon. (In donkere tijden.) - Heft, kindren, nooit mismoedig 't oog - Mel. B.
- Gezang 241. Op oudejaarsavond. (Kerkhervorming.) - Wat stem vol majesteit klinkt luid - Mel. B.
- Gezang 242. Zie Gezang 226.
- Gezang 243. Gods Woord. Psalm 19. (Kerkhervorming.) - Het hemelrond vertelt Gods eer. - Mel. B.
- Gezang 244. Zie Gezang 2.
- Gezang 245. Nieuwjaars-Hymne. (Zendelingslied.) - Komt laat ons samen nederknielen - Mel. O süsser Stand, o selges Leben!
- Gezang 246. Zie Gezang 210.
- Gezang 247. Dicht- en Toonkunst. (Zending onder Israël.) - Allegorie - Twee bevriende heilgodinnen - Mel. B.
- Gezang 248. Zie Gezang 68.
- Gezang 249. Wederzien. (Lied voor Zendelingen.) - O troostvol woord bij bange scheiding - Mel. B.
- Gezang 250. Zie Gezang 5.
- Gezang 251. Opwekking. (Oudejaarsavond.) - O mijn ziel, houd goeden moed - Mel. Straf mich nicht in dienem Zorn - Mel. B.
- Gezang 252. Zie Gezang 96.
- Gezang 253. Blijdschap in God. (Oudejaarsavond.) - O Heldre bron! wat levend nat - Mel. B.
- Gezang 254. Toevlucht. (Aan den ingang des jaars.) - Gij zijt mijn hooge hulp en toevlucht in gevaren - Mel. B.
- Gezang 255. Zie Gezang 2.
- Gezang 256. Het woord Gods. (In den zomer.) - Lieflijk zijn ons uwe voeten - Mel. B.
- Gezang 257. Zie Gezang 100.
- Gezang 258. Zie Gezang 54.
- Gezang 259. De Alomtegenwoordige. (Op een vaderlandschen gedenkdag.) - Vraagt men mij soms in ernst of spot - Mel. B.
- Gezang 260. Zie Gezang 231.
- Gezang 261. In den Herfst. (Verlangen naar den Hemel.) - Wèl is hij verheven - Mel. B.
- Gezang 262. Zie Gezang 196.
- Gezang 263. Aardschgezindheid. (Ruste Gods.) - Hechte zich de mensch aan de aarde - Mel. B.
- Gezang 264. Een vaste burg. (Een vaste burg is onze God.) - Een vaste burg is onze God - Mel. Ein feste Burg ist unser Gott.
- Gezang 265. Zielsverheffen. (Bede om den Heiligen Geest.) - Hef, mijn ziel! u boven de aarde - Mel. Sollt ich meinen Gott nicht singen?
- Gezang 266. Uit nacht tot morgen. (Uitbreiding der kerk.) - Uit den bangen, zwarten nacht - Mel. B.
- Gezang 267. Zie Gezang 83.
- Gezang 268. Kracht in God. (Vrees niet gij klein kuddeke.) - Zwak is uw wil, klein is uw macht - Mel. B.
- Gezang 269. Zie Gezang 196.
- Gezang 270. Uit dood ten leven. (Bij de nadering van het Kersfeest.) - Hebt gij der aard gegeven - Mel. Valet will ich dir geben.
- Gezang 271. Ten hemelweg. (Het kruis des Heeren.) - O denk op doornenpaden - Mel. O Haupt, voll Blut und wunden.
- Gezang 272. Zie Gezang 11.
- Gezang 273. In smarte. (Beveel den Heere uwe wegen.) - Gij lelie onder doornen - Mel. B.
- Gezang 274. Vrijheid. (Op de vreemdelingsreis.) - Wèl u, wier worstlend strijden - Mel. B.
- Jubel-Psalm. Psalm 98. Koor en orgel
|
First Publication.
|
1869
|
Dedication
|
Aan alle organisten
|
Composer Time PeriodComp. Period
|
Romantic
|
Piece Style
|
Romantic
|
Instrumentation
|
Organ
|
Navigation etc.
Is the last work for chorus and organ, not just organ? Then "Instrumentation" should reflect this, and not only "organ".